Op 25 november wint de Belg Dimitri van den Bergh voor de tweede keer het World Youth Championship. In de finale rekent hij af met de Duitser Martin Schindler, die naast zijn eerste jeugdwereldtitel grijpt.
Tijdens de kwalificatiedag voor de finale doen 96 spelers een gooi naar de eindstrijd. Na 32 poules van drie spelers blijven er 32 spelers over die in een knock-out fase verder spelen richting de finale. Bij deze 32 spelers zitten onder andere de Nederlanders Geert Nentjes, Berry van Peer, Melvin de Fijter, Mike van Duivenbode en Justin van Tergouw. Alleen Nentjes en Van Duivenbode weten de eerste knock-out ronde te overleven.
Bij de laatste zestien valt het doek voor Van Duivenbode. ‘The Pigeon’ verliest met 6-5 van Christian Bunse. Nentjes verslaat Justin Smith met 6-2, maar moet in de kwartfinales het hoofd alsnog buigen voor Martin Schindler (6-0). Van den Bergh verslaat achtereenvolgens Thomas Lovely en Christian Bunse voor een plek in de halve finales.
Beide halve finales worden ruim gewonnen. Zo wint Schindler met 6-3 van Callan Rydz en is Van den Bergh met 6-1 te sterk voor Ted Evetts. Tijdens de finale op het hoofdpodium van de Players Championship Finals is al snel zeker dat de titel voor het tweede jaar op rij naar Van den Bergh zou gaan. De Belg scoort goed en finisht ook nog eens sterk. Via een geweldige 151-finish pakt hij een 3-0 voorsprong, om even later met 6-3 te winnen en een gemiddelde van 100.44 te noteren. Daarmee is hij de eerste speler ooit die het jeugd WK twee keer op zijn naam zet.