Dezelfde twee mannen die in 2008 de finale betwisten staan een jaar later weer tegenover elkaar in de finale en wederom is het Taylor die het sterkst is. Deze zege brengt zijn totaal op negen titels in twaalf jaar, een ongelooflijk aantal.
Voor het tweede jaar op rij wordt James Wade, dit jaar als tweede geplaatst, in de eerste ronde naar huis gestuurd. Dennis Priestley is verantwoordelijk voor de uitschakeling van The Machine. Wat inmiddels niet meer zo opvallend is, is het goede spel van Terry Jenkins. The Raging Bull haalt voor het vierde jaar op rij de halve finale, een feit dat naast Taylor niemand hem kan nazeggen. Hij zal echter niet voor de derde keer de finale halen want Taylor is te sterk met 5-2. Het zijn overigens wel pas de eerste twee sets die Taylor dat toernooi afstaat.
Van Barneveld speelt een solide toernooi al heeft hij wel de nodige problemen in de eerste en tweede ronde. Alan Tabern komt in de eerste ronde tot één leg van de overwinning, maar Van Barneveld eindigt de partij met een cruciale 130 finish. Ook Wes Newton maakte het Barney ongelooflijk moeilijk in de tweede ronde. Ook daarin moest een allesbeslissende laatste leg gespeeld worden, die weer naar de Hagenaar ging. Vanaf de kwartfinale gaat het echter een stuk gemakkelijker, Jacko Barry wordt verslagen met 4-0 en in de halve finale wint hij met 5-2 van Andy Hamilton. In de finale lijkt Van Barneveld een stunt te kunnen uithalen als hij 2-0 in sets voorkomt, maar Taylor schakelt een tandje bij en wint de volgende vijf sets waarin Barney slechts vier legs weet te winnen. Het wordt uiteindelijk 6-3 voor Taylor.
Roland Scholten is er voor het eerst in negen jaar niet bij in Dublin, toch zijn er weer drie landgenoten die deelnemen. Naast Van Barneveld is dat wederom Vincent van der Voort, die voor de derde keer op rij niet voorbij de eerste ronde komt. Deze keer zet Andy Smith hem de voet dwars. Ook Michael van Gerwen, die zijn debuut maakt, komt niet voorbij ronde één. Hij verliest van Kevin Painter.